Republiek

 

 

 

Rome versus Carthago: De Punische Oorlogen (264-146 v. Chr.)

Rond 265 v. Chr. werd Rome kreeg Rome het Italiaanse land ten zuiden van de lijn Pisa, Florence en Rimini in handen. Door de verovering van Italië werd Rome één van de twee grootmachten in het centrum van het Middellandse Zeegebied. De andere was Carthago. Het rijk van Carthago bestond uit Noord-Afrika, Sicilië, Corsica, Sardinië, de eilanden van de Balearen en Zuid-Spanje. Net als Rome werd Carthago geleid door elitaire families. Rome was echter grotendeels agrarisch, waar Carthago veel meer gericht was op handel, waardoor het enorm welvarend was. Ondanks de verschillen hadden beide één gemeenschappelijk doel, waardoor oorlog tussen beide onvermijdelijk werd, namelijk uitbreiding van de invloedssfeer in het Westen.
 

De Eerste Punische Oorlog (264-241 v. Chr.)

Toen de piratenstad Messina aangevallen werd door de Griekse stad Syracuse vroeg het hulp aan Carthago die met hun indrukwekkende vloot de aanval al snel neersloegen. De vloot van Cartago bleef echter achter op Messina, waardoor de stad geen andere mogelijkheid zag dan Rome om hulp te vragen om de Carthagers te verjagen. Na lang wikken en wegen besloot Rome, ondanks het ontbreken van een vloot, de strijd aan te gaan met Carthago.

In het eerste jaar van de oorlog probeerde Rome via een oorlog op het land de Carthaagse koloniën op West-Sicilië in te nemen. Romeins consul Appius Claudius Caudex stak in 264 v. Chr. in het holst van de nacht de Straat van Messina over en zette zijn soldaten aan land in de haven van Messina. De Romeinene belegerde de hoofdstad van Messina maarliefst zeven maanden lang voor de Carthagers zich overgaven. De oorlog was een overwinning voor Rome, maar had wel laten zien dat zonder vloot Rome bijzonder kwetsbaar is.

De strijd tussen beide grootmachten was nog lang niet ten einde. Er volgden een jarenlange strijd op zee en over land, waarbij Rome uiteindelijk over de langste adem te beschikken. Er kwam een vredesverdrag die behoorlijk nadelig was voor Carthago. Ondanks het vredesverdrag, zag Rome dat het Carthago op de knieen had en pikte Sardinie en Corsica in. Dit tot groot ongenoegen van Carthago dat besloot een nog grotere vloot te bouwen om de nederlaag tegen de Romeinen te wreken.
 

De Tweede Punische Oorlog (218-201 v. Chr.)

Na het nadelige vredesverdrag voor Carthago besloot deze om onder leiding van Hamilcar Barca, opnieuw een groot Rijk op te bouwen in Spanje. Rome wist dat het moest ingrijpen voor het te laat was en plaatste op Spanje om de Carthagers daar te verdrijven. De zoon van Hamilcar, Hannibal beloofde de Carthagers een snelle overwinning op de Romeinen. Door het ontbreken van een vloot moest dit echter wel op het land plaatsvinden.

De macht van de vloot van Carthago was door het overlijden van Hamilcar Barca in handen gekomen van zijn zoon Hannibal. Hij besloot om Italië binnen te vallen door met zijn leger over de Alpen heen te trekken. De Romeinen werden verrast en leden grote verliezen. Hannibal had gehoopt dat Romeinse bondgenoten in opstand zouden komen tegen Rome om zo definitief de genadeklap toe te kunnen dienen, maar opstanden in Italië bleven uit. Het bevoorraden van de Carthaagse soldaten zorgde voor een rustpauze waar Rome dankbaar gebruik van maakte. Een nieuwe Romeinse legerleider kwam aan het firmament. Publius Cornelius Scipio Major. Onder leiding van Scipio plaatste het Romeinse leger geen directe aanvallen meer op Hannibal, maar viel het zijn thuisbasis in Spanje aan. Het lukte Scipio en zijn mannen om Spanje in te nemen en Hannibal terug te drijven naar Noord-Afrika. In 202 v. Chr. versloeg Rome, onder leiding van Scipio, Carthago opnieuw, waarbij Scipio de naam Scipio Africanus kreeg. Door het vredesverdrag van 201 v. Chr. verloor Carthago opnieuw haar Rijk. De Romeinse senator Cato vond het gevaar van Carthago ondanks de grote nederlaag in Noord-Afrika, nog steeds groot en eindigde elke redevoering met de zin:

'Ceterum censeo, Carthaginem esse delendam.'

En overigens blijf ik van mening dat Carthago vernietigd moet worden.’

Dit gebeurde pas na de Derde Punische Oorlog, maar Cato zou dit niet meer meemaken.
 

 

                                            

 

 

De Derde Punische Oorlog (149-146 v. Chr.)

Ondanks de overwinning in Noord-Afrika bleef Rome een diepgewortelde haat tegen Carthago houden. Toen Carthago in 149 v. Chr. een conflict uitvocht met voormalig bondgenoot Numidië en Carthago hier geen toestemming aan Rome voor had gevraagd; was voor Rome de maat vol. Drie jaar lang werd Carthago belegerd alvorens de stad ingenomen werd. Aan het hoofd van het leger stond op dat moment de geadopteerde kleinzoon van Publius Cornelius Scipio Major, namelijk Publius Cornelius Scipio Minor. De stadsmuren werden neergehaald en de stad werd met de grond gelijk gemaakt. Ruim een eeuw mocht er niemand meer wonen op de plek waar de eens zo machtige stad de dienst uit maakte.

Fotogalerij: de Punische oorlogen