Slag te Alesia - 52 v.Chr.

Slag te Alesia - 52 v.Chr.

Met de overwinning te Gergovia was het vertrouwen van de Galliërs op een overwinning gesterkt. Terwijl Caesars legercolonne zuidwaarts trok, lanceerde Vercingetorix een frontale cavalerieaanval. Helaas slaagden de Romeinen erin deze af te slagen. Noodgedwongen trokken de Galliërs zich terug in de stad Alesia, die op een hoogte van ongeveer 410 meter lag. Caesar kon deze verleiding niet weerstaan en rukte op naar Alesia. Vercingetorix verwachtte dat Caesar hier dezelfde fout zou maken

 

als bij Gergovia, maar Caesar deed net het tegenovergestelde. In plaats van een aanval op de vesting begon hij zich met zijn 40 000 manschappen in te graven. Hij zou Vercingetorix een koekje van eigen deeg geven en hem nu proberen uit te hongeren. Eerst bouwde hij 23 forten rond de heuveltop. Vervolgens verbond hij al deze forten met een verdedigingswal. Deze binnenste wal omvatte 11 Romeinse mijlen of 16,3 km. De wal was voorzien met een toren om de 25 meter. Van hieruit konden de legionairs  mogelijke aanvallers bestoken met slingers, pijlen en stenen afgevuurd met katapulten. Om de bestorming van de wal nog moeilijker te maken, werden twee grachten gegraven. Voordat de omwalling volledig compleet was, slaagde Vercingetorix erin om ruiters uit te zenden. Al gauw kwam in de rest van Gallië een ontzettingsleger op de been. Caesar wou kost wat kost de opstand onder Vercingetorix beeïndigen en besloot daarom ook eenzelfde buitenwal te bouwen. Deze buitenste wal had een afstand van 14 Romeinse mijl of 20,7 km. Op dat moment waren de legioenen zowel belegeraars als belegerden. Hierdoor verloor Caesar ook het inititatief. Hij zou elke meter van de omwalling onder controle moeten houden, terwijl de Galliërs konden kiezen waar ze hun aanval zouden inzetten.

Vercingetorix begon zijn wanhopige situatie in te zien. Hij had namelijk maar een voorraad voor 30 dagen en het ontzettingsleger zou zijn tijd nodig hebben om Alesia te bereiken. Het moreel en de fysieke kracht van de strijders begon te dalen. Daarom nam hij een zeer hardvochtige beslissing. Elke man, elke vrouw, elk kind of oudere in Alesia die niet in staat was om te vechten, werd de stad uitgejaagd. Ergens hoopte men dat ze door de Romeinen zouden opgevangen worden om als slaaf te dienen. Caesar echter zat zelf met beperkte voorraden. De menigte zat gevangen in niemandsland en was gedoemd om te verhongeren. Dit toonde alleenmaar de volharding van beide veldheren om de strijd in hun voordeel te laten uitdraaien.

Hoop op een overwinning kwam er in de derde maand van de belegering. Grote stofwolken verschenen in de verte. Een Gallisch ontzettingsleger van 250 000 man sterk had Alesia bereikt. Dit was niet meteen een garantie op een overwinning. Om de Romeinse omwalling te doorbreken, zou er een gecoördineerde aanval op één punt tegelijk moeten gebeuren, maar Vercingetorix had geen enkele manier om te communiceren met het ontzettingsleger. Bij aankomst zette het ontzettingsleger een eerste aanval in, die werd afgeslagen door de Romeinen. Vierentwintig uren later ondernam dit leger onder bescherming van de nacht een tweede poging. Het was een hevig gevecht, waarbij het numerieke overwicht van de Galliërs de belegeringswerken overtrof, maar slaagden ze er niet in de Romeinse lijn te breken. Een derde grote aanval werd opgezet. Vercingetorix had een zwakte ontdekt op de helling van de berg Rea (385m). Deze keer lukte een gezamenlijke aanval wel. De Romeinse linie stond op barsten en er werd hevig gevochten. Caesar besefte op dit moment dat de Galliërs alles uit de kast haalden. Er was geen tweede kans. Dit zou de totale overwinning of nederlaag worden. Hij besloot zijn allerlaatste reserve in de strijd te gooien. Daarbij zond hij zijn cavalerie weg om het ontzettingsleger in de rug aan te vallen. Zelf gooide hij zich ook in de strijd. Met zijn vuurrode mantel was hij de opvallendste figuur op het slagveld. De legionairs kregen nieuwe moed en de menigte van het ontzettingsleger viel uiteen. Het was ieder voor zich. Na deze laatste uitval realiseerde Vercingetorix maar al te goed dat de strijd gestreden was. Hij reed naar het kamp van Caesar om zich over te geven.